Laatste rede
62.3bτῶν τε πατέρων μὴ χείρους κατ' ἀμφότερα φανῆναι, οἳ μετὰ πόνων καὶ οὐ παρ' ἄλλων δεξάμενοι κατέσχον τε καὶ προσέτι διασώσαντες παρέδοσαν ὑμῖν αὐτά (αἴσχιον δὲ ἔχοντας ἀφαιρεθῆναι ἢ κτωμένους ἀτυχῆσαι), ἰέναι δὲ τοῖς ἐχθροῖς ὁμόσε μὴ φρονήματι μόνον, ἀλλὰ καὶ καταφρονήματι.
Vertaling
En u moet u niet de mindere betonen van uw voorouders in deze twee opzichten: die hebben zelf door hun inspanningen dit alles verworven en niet geërfd en daarbij hebben ze het in stand weten te houden en aan u overgedragen. En het is schandelijker om je af te laten pakken wat je hebt dan om niet succesvol te zijn in het verwerven. U moet de vijand tegemoet treden, niet alleen met moed, maar ook met groot zelfvertrouwen.
ἀτυχέω |
onsuccesvol zijn, niet slagen |
- τε...φανῆναι, ἰέναι δὲ: evenals ὀλιγωρῆσαι... καὶ γνῶναι afhankelijk van μᾶλλον ἢ (οὐ) (62.3a): 'eerder dan te' > eerder moet u... en... en u moet... u moet...
- τῶν πατέρων: genitivus comparationis bij χείρους = χείρονας
- κατ' ἀμφότερα: nl. (zoals uit het volgende blijkt) het verwerven en behouden van bezit
- αἴσχιον: vul aan ἐστί
- ἔχοντας ἀφαιρεθῆναι: 'hebbend te worden beroofd'
- κτωμένους: conatief participium ('terwijl je probeert te verwerven')
- ὁμόσε ἰέναι: 'naar dezelfde plek gaan' > tegemoet treden